ubbink transport

ubbink transport

Verslag Zevenaar 4 – DSG 1 (5de ronde Osbo)

Als Rick bij deze wedstrijd aanwezig was geweest, had hij trots op ons kunnen zijn. Drie van de zes partijen mondden uit in een pionneneindspel en alle drie werden zij door ons gewonnen. Om te beginnen bij ons eerste bord bij

Patrick : Mijn tegenstander was duidelijk uit op remise. Hij ruilde alles af wat er af te ruilen was. Het probleem hierbij is dat je tegenstander wel eens een betere stelling kan krijgen. Dit was nu ook het geval. Ik kreeg door zijn afruil een open lijn op zijn Koningsstelling. Mijn overgebleven stukken stonden goed, die van hem passief. Mijn Paard kon in zijn stelling binnendringen en hij verloor een pion. Omdat hij zelf ook een actieve Toren wilde hebben, wam er een Paardvork waardoor ik de kwaliteit won.
Deze besloot ik terug te geven om twee vrijpionnen te krijgen. Hiervan gaf ik er ook weer één terug waardoor mijn Koning beter kwam te staan. En toen gaf mijn tegenstander zonder aarzelen op. Promotie van één van mijn pionnen was niet meer tegen te houden.

Een pionneneindspel kwam ook op het bord bij Robbie: Na een rustige opening en wat afruil, ging de stelling steeds meer op remise lijken. Maar gelukkig voor mij maakte mijn tegenstander een fout en verloor een pion. Dan blijkt hoe sterk een pion is, want ik kon daarna redelijk eenvoudig het punt binnenhalen.

Aan bord drie haalde Paul op een nogal bizarre manier de winst binnen.
Paul: Ik speelde met Wit: 1. e4, d5; 2. exd5, Dxd5; 3. d4, Pf6; 4. Pc3, Dd8. Hierna kreeg ik een goede ontwikkeling en een snelle overgang naar het middenspel. Daarin vond een grote ruil plaats waarbij aan weerszijde 3 stukken van het bord gingen. Zwart nam daarbij per vergissing de Koning in zijn hand, terwijl hij zijn Dame had moeten pakken en gaf op. Geluk gehad... zoals meestal.

Bij Chiel kwam de stelling na ruim 20 zetten muurvast te zitten en Wit noch Zwart durfde het aan de boel open te gooien. Remise, dus.
Chiel: Het begon er mee dat we na een zet of dertien/veertien een mooie stelling op het bord kregen. Toen moest ik oppassen voor de Loperzet La3, waarna ik mijn Dame of Toren zou kwijtraken. Na diep nadenken heb ik toen c5 gespeeld, waarna mijn tegenstander ook diep moest nadenken. We hebben nog wat zetten gedaan om pionnen en/of stukken te dekken, maar het raakte steeds vaster en je moest oppassen om geen fouten te maken. Bij zijn 24ste zet stelde Wit remise voor. Dat nam ik aan.
(Wie geïnteresseerd is in het partijverloop, kan dat onderaan dit verslag vinden).

De derde die de lessen Rick kon toepassen, was Jan aan bord 5.
Jan: Omdat ik tegen iemand moest die me de 50 ruim gepasseerd leek, koos ik na 1. e4 – e5; voor het Koningsgambiet. En terecht. Na 11 zetten had ik al een pion gewonnen en had ik ook een grote voorsprong in ontwikkeling. Ook had ik het sterke vermoeden dat, als alle stukken van het bord af waren, het resterende pionneneindspel voor mij gewonnen moest zijn. Maar ja. Hoe krijg je alle stukken van het bord. Daarop wist mijn tegenstander het antwoord. Net als die van Patrick begon ook de mijne te ruilen wat er maar te ruilen viel. Toen hij blijmoedig ook de twee laatste Paarden voor mij van het bord wist te krijgen, had ik nog vier zetten nodig om hem in zetdwang te brengen. Sympathieke man, die tegenstander van me.

Steffen zag niet dat overbelasting van een Toren van de tegenstander hem (Steffen dus) een volle Loper kon opleveren. Zijn tegenstander zag wel dat hij (die tegenstander dus, een mat-aanval had.

Jan R.