ubbink transport

ubbink transport

DSG1      –  Ons Genoegen 1:   3½ - 2½ 
Zevenaar2 –  DSG2:             4½ - 1½


DSG1 – Ons Genoegen 1

Afgelopen maandag werd ons Osbo-seizoen geopend met de wedstrijd van ons eerste tegen Ons Genoegen 1. Omdat van dat team slechts de helft was komen opdagen, werd er dus aan drie borden gespeeld, namelijk bord 1, 4 en 5.
Aan ons eerste bord zat onze pinchhitter van de afgelopen twee jaar: René. Met zijn rating van rond de 1900 zou hij ook nu wel weer de punten binnenhalen, was de verwachting. Dat viel dus tegen. René kwam niet geweldig uit de opening (Siciliaans) en slaagde er maar niet in te rokeren omdat hij zijn f8-loper maar niet van dat veld kon krijgen. Zo bleef zijn Koning in het midden staan, waar hij een dankbaar aanvalsobject vormde.
Paul stond al snel gewonnen. De opening was nauwelijks voorbij of de vijandelijke Koning stond open en bloot midden op het bord. Daar kan Paul behoorlijk depressief van raken, want liever dan dat hij wint speelt hij een interessante partij. Gelukkig liet hij zich dit keer niet door zijn voortvarende start ontmoedigen en won.
Chiel moest met lede ogen aanzien hoe hij steeds meer onder druk kwam te staan.  Toren op de 7de rij, Lopers die gretig richting Koning keken, dit leek niet te houden en dat bleek ook zo te zijn.
Maandag 17 oktober wordt de rest van de wedstrijd gespeeld. Op de schouders van Patrick, Robbie en degene die Fons vervangt, rust een schone taak.


Zevenaar2 – DSG2

Ons tweede moest het opnemen tegen Zevenaar2, dat het afgelopen seizoen uit de tweede klasse is gedegradeerd. Op papier, qua rating dus, is dit veruit het sterkste team in onze klasse.
Dat we daar met de winst op zak zouden vertrekken,  daarin geloofde niemand. Toch waren we dichtbij een verrassende uitslag.
Jan trof aan bord 1 de oude rot Edzart Bosch van Rosenthal. Die koos als opening het Scandinavisch. Jan kwam hier het beste uit, maar EBvR wist middels een forse afruil de angel uit de stelling van Wit te halen. Toen ook nog de Dames en een Toren van het bord dreigden te verdwijnen werd tot beider tevredenheid remise overeengekomen.
Frank wist lange tijd de zaak in evenwicht te houden, sterker nog, het zag er veelbelovend uit. Maar toen merkte hij dat Lopers, dit in tegenstelling tot pionnen, ook achteruit mogen slaan. Dit inzicht is natuurlijk winst, maar het kostte hem wel twee pionnen en al de partij.
Albert speelde aan bord vijf de attractiefste partij van de avond. Hij herinnerde zich eens een partij gezien te hebben waarin Wit al snel met een Paard op f7 insloeg, waarna Zwart geen schijn van kans meer had. De stelling waarin dat gebeurde kreeg Albert tot zijn verbazing op het bord en kordaat offerde hij op f7. Dit zag er kansrijk uit. De zwarte Koning stond midden op het bord, de meeste stukken van zwart stonden nog op de achterste rij. Albert ging dus voor mat, wat niet lukte. Waarschijnlijk had hij zijn voorsprong in ontwikkeling beter kunnen gebruiken om te rokeren en zijn Torens er bij te halen. Uiteindelijk bleef er een eindspel over waarin Albert op de Damevleugel met drie pionnen tegenover drie pionnen stond en op de Koningsvleugel met drie pionnen tegenover een Loper. De Loper hield de drie pionnen in bedwang, de Zwarte Koning hapte 2 pionnen weg en toen was het afgelopen. Jammer, maar wel een uiterst spannend potje.
Steffen  kreeg het op bord vier al snel zwaar te verduren. Zo’n beetje al de witte stukken stonden op zijn Koning gericht en daar stonden maar weinig verdedigers tegenover. Maar als een soort super Houdini wist Steffen uit de valstrikken en matnetten te glippen. Het duurde nog heel, heel lang, maar uiteindelijk moest hij zich toch gewonnen geven.
Joop was op grond van zijn score in het afgelopen seizoen naar bord drie gepromoveerd. Daar speelde hij een zeer gedegen,  positioneel fraai opgezette partij. Hij wist een kwaliteit te winnen, en nog een pion, bereikte een eindspel dat ook voor de neutrale toeschouwer gewonnen moest zijn en toen, tja, met nog twintig minuten op de klok, sloeg de paniek toe, de angst om op het laatste ogenblik de boel toch nog te verklooien. En hij bood remise aan. Wel verklaarbaar, toch jammer.
Toen was aan bord twee alleen Ben nog aan het spelen. Die had in het middenspel een kwaliteit gewonnen, Toren tegen Loper, en had zijn tegenstander aardig in bedwang. Maar dat bleek een taaie rakker. Steeds deed ie net die ene zet die hij wat ons betreft beter niet had kunnen doen. En tussen de bedrijven door wist hij Ben een pionnetje af te snoepen. En daarna nog een. Toen was het wel duidelijk: remise.
En zo werd het al met al een forse nederlaag. Het vertoonde spel gaf ons echter goede moed. Tegen geen van onze komende tegenstanders zijn we op voorhand kansloos.